Bedrijfsvoering in de zorg: het belang van integriteit en transparantie. Deel 1: Alliade

De recente uitspraak over tegenstrijdige belangen bij Buurtzorg en het rapport van IGJ over Alliade onderstrepen het belang van goed bestuur, adequaat toezicht en een integere bedrijfsvoering. IGJ en NZa willen nieuwe wetgeving om dit te borgen en te kunnen handhaven. In twee delen geven wij aan welke lessen u nu al kunt trekken uit de Alliade en de Buurtzorg zaken. Deel 1 gaat over Alliade.

Marktwerking

De introductie van marktwerking in de zorg heeft sinds 2006 ondernemers de mogelijkheid geboden om zorgondernemingen op te zetten. In de praktijk zien we diverse typen zorgondernemingen zoals privéklinieken die vooral onverzekerde zorg leveren, ketens van zelfstandige behandelcentra die grotendeels verzekerde zorg bieden en ondernemingen die geheel nieuwe zorgconcepten in de markt zetten zoals Buurtzorg. De Wet Marktordening Gezondheidszorg en de Wet Toelating Zorginstellingen stellen regels aan zorginstellingen en de manier waarop zij hun bedrijfsvoering moeten inrichten, maar die regels blijken niet altijd toereikend, zoals we straks zullen zien.

Onderzoek bij Alliade

Al in 2016 onderzocht de Inspectie voor de Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) samen met de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) de gang van zaken bij Zorggroep Alliade. IGJ en NZa onderzochten de manier waarop Alliade de toenmalige Zorgbrede Governancecode naleefde. Daarnaast zag het onderzoek op rechtmatigheid van zorgdeclaraties, de continuïteit van zorg en de wijze van doorverwijzing van cliënten. IGJ en NZa concludeerden dat er geen strijd was met wettelijke bepalingen, geen onregelmatige zorgdeclaraties, geen vrees voor de continuïteit van zorg en geen materiële belangenverstrengeling. Wél werd er geconstateerd dat Alliade de toen geldende Zorgbrede Governancecode niet had nageleefd omdat er sprake was van de schijn van belangenverstrengeling. Deze schijn was ontstaan omdat twee directeuren van Alliade in hun hoedanigheid van statutair bestuurder van dochtermaatschappijen van Alliade werk van Alliade hadden ondergebracht bij een andere instelling die hun eigendom was. Zij waren tevens bestuurders bij de topholding van de partij die diensten leverde aan Alliade.

In een tweede onderzoek naar specifieke transacties bij Alliade dat begin 2019 gepubliceerd werd, kwam IGJ tot onder andere de volgende conclusies:
• vanwege de nauwe relatie tussen de betrokken partijen bij de transacties had er actiever en onafhankelijker toezicht moeten zijn op de transacties;
• gedegen onafhankelijk financieel onderzoek ontbrak;
• er is geen onafhankelijke waardebepaling gedaan van vermogensbestanddelen;
• ook ontbrak het aan voldoende andere waarborgen, zoals het inschakelen van deskundige en onafhankelijke externen;
• vermogen van een WTZi-toegelaten instelling is overgegaan naar een niet WTZi-toegelaten instelling;
• er zijn (dividend)uitkeringen gedaan waarvoor IGJ geen gegronde reden heeft kunnen vaststellen.

Omdat IGJ in de Alliade onderzoeken concludeert dat niet alle normschendingen die zij constateerde in zorgwetgeving vastligt, stelt dit IGJ naar eigen zeggen voor dillema’s en bemoeilijkt het handhavend optreden.

Oproep IGJ en NZa voor nieuwe, duidelijke wettelijke norm

Om die reden hebben de IGJ en NZa op 5 maart jl. gezamenlijk opgeroepen tot het introduceren in de wet van een duidelijke, open norm voor een integere en professionele bedrijfsvoering in de zorgsector. Ook willen IGJ en NZa dat er adequate middelen komen voor deze autoriteiten om bij schending van die norm in te kunnen grijpen. IGJ en NZa willen de bedrijfsvoering van zorgaanbieders versterken en bevelen het volgende aan:

  1. Het verankeren van de integriteit en professionaliteit van de bedrijfsvoering in het publiekrecht. Denk hierbij aan een norm over de geschiktheid en betrouwbaarheid van bestuursleden en het voorkomen dat zorggeld uit de zorg verdwijnt door belangenverstrengeling en het oneigenlijk besteden van zorggeld. De IGJ en NZa vinden dat dit voor alle zorgaanbieders moet gelden en dergelijke normen niet alleen in governance codes thuishoren.
  2. Zorg ervoor dat de integriteit en professionaliteit van de bedrijfsvoering effectief kan worden gehandhaafd door de IGJ en NZa. Zo noemen zij de mogelijkheid om een WTZi-toelating in te trekken of te weigeren, het verhinderen dat de wettelijke norm kan worden omzeild door binnen een concern met meerdere entiteiten te werken, een boetebevoegdheid en aanwijzigingsbevoegdheid.

Welke lessen kunnen we uit de Alliade zaken trekken?

Uit de rapporten van IGJ en NZa met betrekking tot Alliade, trekken wij de volgende lessen ten aanzien van het aangaan van contracten (zoals onderaanneming), met name in groepsverbanden:

  • uitbesteding van zorg mag, mits tegen marktconforme tarieven;
  • leg vast op welke wijze de marktconformiteit van leveringen en diensten aan de zorginstelling wordt getoetst (zie het eerste rapport van Alliade);
  • leg vast wie binnen de zorginstelling deze toets verricht;
  • bepaal aan wie hierover wordt gerapporteerd, en doe dit ook;
  • vermijd (de schijn van) belangenverstrengeling;
  • let daarom op bij het contracteren met entiteiten waarvan dezelfde personen in het bestuur zitten of (indirect) aandeelhouder van die entiteit zijn;
  • organiseer bij een zorggroep met BV’s als dochters op duidelijke wijze het toezicht bij die dochters en zorg dat er ook op dochterniveau onafhankelijk toezicht is. Een goedkeuringsregeling van besluiten is niet voldoende. Wel kan in de statuten van de concernvennootschappen worden geregeld dat het toezichthoudend orgaan op holding niveau, ook toezicht houdt op dochtermaatschappijen;
  • zorg voor een duidelijke interne tegenstrijdig belang regeling en handhaaf die ook;
  • wees transparant (intern en extern) over overeenkomsten met verbonden partijen; en
  • voer een duidelijke financiële administratie.

Bij het aangaan van transacties in de zorg (fusies, overnames e.d.) met verbonden partijen, zijn er ook aandachtspunten op te tekenen uit de Alliade rapporten:

  • voorkom dat publieke middelen (omzet) – maar ook een behaald positief exploitatieresultaat (winst) – weglekken naar groepsmaatschappijen zonder duidelijke grondslag;
  • leg bij transacties in de zorg duidelijk vast op welke wijze het belang van de patiënt of cliënt leidend is bij het aangaan van de transactie;
  • laat bij een transactie duidelijk zien op welke wijze eventuele risico’s voor de zorgverlening en samenwerking beheerst worden (als er gemeld moet worden vanwege de zorgspecifieke fusietoets, kijkt de NZa hier ook naar);
  • zorg voor een volwaardig en bij voorkeur onafhankelijk due diligence onderzoek;
  • wees u bewust van het belang van een integere, onderbouwde en navolgbare besluitvorming over de transactie.

Lees over de schijn van belangenverstrengeling bij het contracteren met verbonden partijen ook het artikel over Buurtzorg.

Wil je meer weten over bestuurdersaansprakelijkheid, meld je dan aan voor de workshop bestuurders- en toezichthoudersaansprakelijkheid in de zorg.

Auteur:

Fenna van Dijk

Comments are closed.