Zorgcoördinatie: oplossing voor schaarste in de acute zorg?

Een thema binnen het IZA is de regionale samenwerking in de Acute Zorg. Een belangrijk onderdeel van die samenwerking is zorgcoördinatie. Het afgelopen jaar hebben de LNAZ, AZN, ZN, InEen en ActiZ  een advies uitgewerkt over de inrichting van zorgcoördinatie. Naar aanleiding van dit advies heeft Minister Kuipers op 12 mei 2023 bij brief aan de Tweede Kamer zijn inhoudelijke visie op en een concreet totaalconcept van zorgcoördinatie kenbaar gemaakt.
Uit deze brieft volgt dat hij zich tot doel heeft gesteld dat in elke acute zorgregio een zorgcoördinatiecentrum (“zcc”) is ingericht in 2025. Deze centra dienen ervoor te zorgen dat de toeleiding naar acute zorg beter gecoördineerd wordt. In dit artikel is beschreven wat zorgcoördinatie is, wat het beoogt te bereiken, en wat dit betekent voor zorgaanbieders.

Wat is zorgcoördinatie?

Zorg moet voor ieder goed toegankelijk en van goede kwaliteit zijn. Dit geldt ook voor acute zorg. Om dit waar te maken is het nodig dat verschillende partijen die werkzaam zijn in het acute zorg landschap goed met elkaar samenwerken en elkaar weten te vinden. Zorgcoördinatie moet ervoor zorgen dat patiënten zo snel mogelijk de juiste zorg door de juiste zorgverlener op de juiste tijd en plaats ontvangen. Het is een middel om de groeiende zorgvraag zo goed mogelijk te kunnen beheersen met de capaciteit die er is.

Een zcc zorgt ervoor dat patiënten buiten kantooruren op één plek terecht kunnen met acute zorgvragen die niet levensbedreigend zijn. Per ROAZ-regio zal er één zcc komen. Het zcc zal de urgentie van de zorgvraag kunnen bepalen en de vraag koppelen met de passende zorginzet. Binnen het zcc kan snel overleg plaatsvinden met verschillende betrokken partijen om de patiënt zo in een keer naar de juiste zorgaanbieder door te sturen. Dit voorkomt dat patiënten eerst op de verkeerde plek terecht komen, wat geldt en tijd kost.

Deelnemende partijen van de samenwerking zijn de Regionale ambulancevoorzieningen, huisartsenposten, eerstelijns verblijf coördinatiepunten, aanbieders van acute wijkverpleging en wanneer mogelijk de aanbieders van ggz-triage.

Landelijk inzicht in capaciteit en landelijke patiëntenspreiding

Niet alleen worden zcc’s verantwoordelijk voor de zorgcoördinatie, ze zullen ook als centraal informatiepunt dienen voor zorgverleners met betrekking tot beschikbaarheid van zorg. Het gaat hier om de volgende typen zorg: (acute) huisartsenzorg, geestelijke gezondheidszorg, ambulancezorg en wijkverpleging.

Op dit moment is er een Landelijk Coördinatiecentrum Patiënten Spreiding (LCPS). LCPS geeft inzicht in capaciteit en patiëntenspreiding bij grootschalige incidenten, rampen of crises. LCPS behoudt deze functies.

Daarnaast zal er op landelijk niveau een LPZ (Landelijk Platform Zorgcoördinatie) worden ingesteld voor inzicht in capaciteit en druk op de zorg, naast het regionale inzicht dat er zal zijn bij de zcc’s. Het is de bedoeling dat zorgaanbieders hun capaciteitsinformatie hierin delen. De minister geeft aan dat dit eventueel wettelijk te verplicht zal worden. Wanneer er inzage is in capaciteit kunnen patiënten doorgestuurd worden naar plekken waar ruimte is en kunnen patiënten snel geholpen worden.

Bekostiging zorgcoördinatie

De twee grootste zorgverzekeraars van de regio regelen de zorginkoop van het zcc. Er zal naar verwachting gewerkt worden met een budgetsystematiek. De minister zal de NZa verzoeken om uit te werken wat er voor nodig is om zcc’s te bekostigen via budgetsystematiek.  Aandachtspunt is hier dat werkzaamheden niet dubbel gefinancierd gaan worden binnen de acute zorg.

Wat betekent dit voor zorgaanbieders?

In een aantal regio’s is in het kader van een pilot al gestart met de vormgeving van een zcc. In het kader van de uitrol voorziet Minister Kuipers een gefaseerde aanpak. In eerste instantie zal het in verband met de snelle uitrol een samenwerkingsorganisatie zijn, niet is uitgesloten dat de zcc’s in de toekomst een zelfstandige zorgaanbieder worden.

Voor de zorgaanbieders die zijn betrokken bij een zcc zoals huisartsenposten, meldkamers en aanbieders van ggz-triage zal dit in eerste instantie betekenen dat keuzes moeten worden gemaakt over de wijze waarop partijen zullen samenwerken. Deze keuze zal in de toekomst wellicht niet helemaal vrij zijn.  De minister heeft al aangegeven een informeer samenwerkingsverband onwenselijk te vinden, omdat dit te vrijblijvend is en niet helder is wie kan worden aangesproken op goede zorgcoördinatie. De minister acht een zelfstandige zorgaanbieder nu de meest aangewezen vorm en laat ook nog onderzoeken of een formeel samenwerkingsverband van meerdere zorgaanbieders in dat kader passend is.

Omdat in 2024 al van start zal worden gegaan met de implementatie van zorgcoördinatie verwacht de minister dat de ROAZ regio’s niet wachten totdat alle acties zijn afgerond. Dit betekent dat niet kan worden gewacht totdat er meer duidelijkheid is over de vorm van samenwerken die door de minister wenselijk wordt geacht. Het is daarom van belang dat de betrokken zorgaanbieders zowel intern als met de andere zorgaanbieders het gesprek voeren over welke vorm van samenwerken voor die regio en de betrokken zorgaanbieders passend is. Bij het aangaan van een samenwerking zijn er een aantal onderwerpen die aandacht behoeven, in dit artikel geven wij tips voor het vormgeven van een samenwerking. Wilt u meer weten of kunnen wij meedenken over het vormgeven en uitwerken van een samenwerking, neem dan contact op met Fenna van Dijk, Eline Lam of Anne ten Brummelhuis.

Comments are closed.