Wet Arbeidsmarkt in Balans: WW-premiedifferentiatie

Op 1 januari 2020 is de Wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB) in werking getreden. Deze nieuwe wet kent een pakket aan maatregelen op het terrein van flexibele arbeid, het ontslagrecht en de Werkloosheidswet (WW) dat tot doel heeft om de balans tussen flexibele en vaste arbeidsovereenkomsten te verbeteren. De komende periode zullen wij in verschillende artikelen de belangrijkste wijzigingen bespreken. Deze week: WW-premiedifferentiatie naar de aard van het contract.

De nieuwe premiedifferentiatie vormt voor veel werkgevers een knelpunt. Wanneer sprake is van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd is een lage WW-premie verschuldigd. Maar om in aanmerking te komen voor die lage premie is wel vereist dat de schriftelijke arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd is ondertekend door werkgever en werknemer. Een schriftelijk addendum dat door beide partijen is ondertekend voldoet ook.

Het huidige systeem

Op dit moment worden de eerste zes maanden van WW-uitkeringen gefinancierd vanuit 67 verschillende sectorpremies. Werkgevers zijn door de belastingdienst ingedeeld in een sector. Na de eerste zes maanden worden WW-uitkeringen gefinancierd via het Algemeen Werkloosheidsfonds. Met de inwerkingtreding van de WAB gaat dit systeem op de schop.

Differentiatie naar de aard van het contract

Om het voor de werkgever aantrekkelijker te maken om de werknemer een vast contract aan te bieden wordt de hoogte van de WW-premie straks gedifferentieerd naar de aard van het contract. Als uitgangspunt geldt dat een lage WW-premie verschuldigd is wanneer sprake is van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Daarnaast is deze lage premie in enkele uitzonderingssituaties van toepassing, zoals bij jongeren met een bijbaantje.

Bij een tijdelijke of flexibele arbeidsovereenkomst dient de werkgever een hoge WW-premie te betalen. De hoge premie is daarom ook verschuldigd indien sprake is van een oproepovereenkomst.

In bepaalde situaties kan de lage premie worden herzien. Dat is het geval wanneer de arbeidsovereenkomst eindigt in de proeftijd of wanneer de verloonde uren de contracturen met meer dan 30% overstijgen (tenzij sprake is van een vaste arbeidsomvang van minimaal 35 uur).

Tussen de hoge en de lage premie zit een aanzienlijk verschil. De hoge premie is vijf procentpunt hoger dan de lage premie.

Voorwaarden om in aanmerking te komen voor de lage premie

De werkgever wordt verplicht om de aard van de arbeidsovereenkomst op de loonstrook van de werknemer te vermelden. Wanneer sprake is van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd moet de werkgever – om in aanmerking te komen voor de lage premie – ook de schriftelijke arbeidsovereenkomst opnemen in de loonadministratie.

Dit laatste punt is voor veel werkgevers een probleem. Vaak is een eerste tijdelijke arbeidsovereenkomst op schrift gesteld en door beide partijen ondertekend, maar is bij de omzetting naar een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd door de werkgever alleen een ‘verlengingsbrief’ of ‘omzettingsbrief’ gebruikt. Dit is echter niet voldoende om in aanmerking te komen voor de lage premie. Er is immers geen sprake van een ‘schriftelijke arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd’. De werkgever is in dat geval de hoge WW-premie verschuldigd.

Schriftelijk addendum

Om in dit geval alsnog in aanmerking te komen voor de lage WW-premie kan de werkgever gebruik maken van een addendum dat door beide partijen wordt ondertekend. Volgens de Belastingdienst dient aan de volgende voorwaarden te zijn voldaan:

  • Werknemer en werkgever hebben een schriftelijk addendum ondertekend;
  • Hieruit blijkt dat sprake is van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd die geen oproepovereenkomst is;
  • De werkgever bewaart het addendum bij de loonadministratie.

Tot slot

De nieuwe regeling treedt per 1 januari 2020 in werking. Minister Koolmees heeft op 9 december laten weten dat werkgevers nog tot 1 april 2020 de tijd krijgen om een door beide partijen ondertekende schriftelijke arbeidsovereenkomst of een door beide partijen ondertekend addendum in de loonadministratie op te nemen. In de tussentijd mogen werkgevers de lage premie afdragen. Deze coulance geldt alleen voor arbeidsovereenkomsten van werknemers die voor 1 januari 2020 in dienst zijn getreden.

Heeft u nog vragen over deze of andere wijzigingen? Aarzel dan niet om contact op te nemen.

Auteur:

Marieke Opdam

Comments are closed.