AI-tools gebruiken of ontwikkelen: welke wettelijke kaders zijn er?

Siri, zelfsturende auto’s en filmsuggesties op Netflix: kunstmatige intelligentie (AI) is overal. Computers worden steeds vaker ingezet bij het maken van beslissingen of bij het zelfstandig uitvoeren van taken waarvoor intelligentie nodig is. Door het inzetten van AI kunnen alledaagse handelingen efficiënter gemaakt worden.

Ook in het bedrijfsleven wordt kunstmatige intelligentie steeds vaker gebruikt. Zo laten we ChatGPT de social media posts schrijven, platforms gebruiken AI-systemen om ongewilde uitingen automatisch te verwijderen en de belastingdienst gebruikt AI voor een risicoclassificatie model.

De huidige Wet- en regelgeving houdt nog niet voldoende rekening met de snelle opkomst en ontwikkeling van AI. Er liggen voorstellen voor nieuwe richtlijnen, zoals de EU Artificial lntelligence Act, en er volgen waarschijnlijk nog meer kaders in de toekomst.

Astrid Sixma belicht vanuit verschillende rechtsgebieden met welke wetgeving AI op dit moment te maken heeft en waar de richtlijnen nog aangevuld moeten worden.

Ze geeft antwoord op vragen als: mag je AI inzetten om de prijzen van je product te bepalen? Mag je data gebruiken die je hebt verzameld van de klanten gebruiken om het AI-systeem te trainen? Wanneer is een product, gemaakt door AI, wel en wanneer niet beschermd door de copyrightwet?

Dit artikel is een hoofdstuk uit het boek Artificial Intelligence Law Over Border Comparative Guide 2022 van The Global Legal Post.

Lees het hele artikel via de knop hieronder.

Comments are closed.