Handhaving verplicht vermelden BIG-nummer voorlopig uitgesteld

Minister Bruins heeft gehoor gegeven aan de kritiek van verschillende brancheorganisaties en heeft de handhaving van de verplichting van BIG-geregistreerde beroepsbeoefenaars om het BIG-nummer te vermelden, uitgesteld.

Wijziging Registratiebesluit BIG

Op 1 april 2019 is de Wijziging van de Wet BIG zoals aangenomen op 11 juli 2018 in werking getreden. Deze wijziging voegt aan de Wet BIG de bepaling toe dat bij AMvB kan worden bepaald in welke gevallen en op welke wijze een BIG-geregistreerde beroepsbeoefenaar aan het publiek kenbaar moet maken onder welk BIG-nummer hij is ingeschreven. Hierop is ook het Registratiebesluit BIG aangepast en legt aan de beroepsbeoefenaars de verplichting op om zijn BIG-nummer kenbaar te maken op: (a) door hem of onder zijn verantwoordelijkheid gebruikte websites en via andere digitale media, (b) door of namens hem gebruikt briefpapier, (c) door of namens hem opgestelde facturen en (d) in de wachtkamer.

De ratio van deze wetswijziging is dat het voor patiënten niet altijd even eenvoudig is om een beroepsbeoefenaar in het BIG-register terug te vinden, bijvoorbeeld als iemand een veelvoorkomende achternaam heeft. Een BIG-nummer levert wel altijd de juiste beroepsbeoefenaar op. Het actief kenbaar maken van een BIG-nummer zou transparantie voor patiënten creëren.

Kritiek van verschillende brancheorganisaties

Verschillende brancheorganisaties, waaronder de KNMP, hebben op 27 februari 2019 kritiek geuit in een brief aan minister De Jonge. Zij geven aan dat de wijziging zorgt voor onnodige administratieve lasten voor beroepsbeoefenaars. Een voorbeeld hiervan is het vermelden van BIG-nummers op facturen, deze facturen komen vaak rechtstreeks bij zorgverzekeraars terecht en dragen niet bij aan transparantie voor de patiënt. Ook het aanpassen van briefpapier en websites zal zorgen voor extra administratieve lasten.

Kamerbrief van minister Bruins

Minister Bruins van Medische Zorg geeft in zijn brief aan de Tweede Kamer van 8 maart 2019 aan dat door een misverstand beroepsgroepen, brancheorganisaties, Patiëntenfederatie Nederland en andere partijen niet betrokken zijn geweest bij de uitwerking van de wet in de AMvB, terwijl dit wel was toegezegd. Ook geeft hij aan dat de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) na 1 april 2019 nog niet zal handhaven. De Minister geeft verder aan op korte termijn met de beroeps- en brancheorganisaties, Zorgverzekeraars Nederland en Patiëntenfederatie Nederland in overleg te treden.

Met de Kamerbrief van minister Bruins is het verplicht vermelden van het BIG-nummer dus nog niet van tafel. Wel is de handhaving van deze verplichting door de IGJ voorlopig opgeschort. Mogelijk leidt het overleg met de verschillende betrokken partijen tot een nieuwe uitwerking van de regelgeving. Het doel van het overleg is tot een oplossing te komen voor de administratieve lasten en de uitvoeringstermijn. Het tijdstip van dit overleg is echter nog niet bekend.

Auteur:

Eline Lam

Contact:

Vragen over dit onderwerp? Neem direct contact op via Eline.Lam@kvdl.com

Comments are closed.